http://www.ensode.net/pdf-crack.jsf
Ziekenhuizen
zijn allang
commercieel
Veel ziekenhuizen in
Nederland zijn op meer
commerciële leest
geschoeid dan het
Slotervaartziekenhuis,
betoogt Aysel Erbudak.
In haar column (Forum, 27 augustus)
neemt Evelien Tonkens
stelling tegen het experiment
om het winstoogmerk toe te laten
in de gezondheidszorg in
Nederland. Zij snapt niet hoe haar
collega-columnist Frank Kalshoven
dit een verantwoord experiment
kan noemen. Zij verwijt hem
dat hij zich heeft laten verleiden
door de blije reclamepraat die ik
hem zou hebben ingefluisterd.
Tonkens maakt hier een denkfout.
Zij denkt dat de commercialisering
van de ziekenhuiszorg in Nederland
pas begonnen is op het
moment dat het Slotervaartziekenhuis
overging in private handen.
Tot dat moment waren alle
ziekenhuizen in Nederland immers
stichtingen zonder winstoogmerk.
Maar is dat wel zo?
Ik durf de stelling aan dat veel,
zo niet alle ziekenhuizen in Nederland
op een meer commerciële
leest geschoeid zijn dan het Slotervaartziekenhuis.
Alleen zit dat
commerciële aspect verborgen. In
de algemene ziekenhuizen in Nederland
werken medisch specialisten
in maatschapverband. Een
maatschap is een ‘winkelbedrijf ’
en de medisch specialisten zijn
zelfstandige ondernemers op het
gebied van de gezondheidszorg.
Zij huren onderzoek- en behandelruimte
waar zij hun maatschap,
lees bedrijf, gevestigd hebben.
Hun inkomen is rechtstreeks verbonden
met het aantal patiënten
en de verrichtingen die hiermee
gepaard gaan. Commercie in optima
forma. Hoe meer productie,
hoe meer inkomen. Het opvallende
is dat het door Tonkens verguisde
commerciële Slotervaartziekenhuis
nu juist het enige ziekenhuis
in Nederland is waar de situatie
rond de medisch specialisten
sinds 30 jaar anders is. De medisch
specialisten van het Slotervaartziekenhuis
zijn in loondienst. Het
zijn dus geen zelfstandige ondernemers
en zij voelen dus niet de
druk van de relatie tussen productie
en inkomen.
Commercie in de Nederlandse
ziekenhuizen bestaat dus al heel
lang. Het verbaast me dat Tonkens
dit historisch perspectief links laat
liggen. Volgens haar bestaat er een
grote kans dat commercialisering
en marktwerking tot een lagere
kwaliteit van dienstverlening leiden
en dat de patiënten hiervan de
dupe worden. Als ondernemer
weet ik dat het voortbestaan van
een bedrijf enkel en alleen afhankelijk
is van de klanten, in het geval
van de gezondheidszorg van de patiënten.
Als de geleverde kwaliteit
slecht is, gaan je patiënten gewoon
naar een ander. Als commercieel
ziekenhuis zul je er dus alles aan
moeten doen je patiënten tevreden
te houden. Dat is eerder een
garantie voor kwaliteit dan een bedreiging
ervan. Goed toezicht en
controle op de kwaliteit van de gezondheidszorg
is noodzakelijk.
Maar extra toezicht enkel vanwege
het feit dat een ziekenhuis een private
eigenaar kan krijgen, is belachelijk.
Aan het eind van haar column
doet Tonkens een voorspelling
over de ontwikkelingen in de
gezondheidszorg over tien jaar.
Een gewaagde onderneming voor
iemand die geen oog heeft voor
het verleden en geen voeling heeft
met de hedendaagse praktijk. Ik
voorspel dan ook dat haar voorspelling
niet zal uitkomen.
Tonkens schrijft ook over de
schokkende berichten in het Algemeen
Dagblad over het Slotervaartziekenhuis.
Zij doelt op de Ziekenhuis
Top 100. Het Slotervaartziekenhuis
krijgt in deze ranglijst een
95ste plaats. Er worden jaarlijks in
Nederland drie van dergelijke
ranglijsten gepubliceerd. Het AD,
Elsevier en Roland Berger Strategy
Consultants publiceren deze onderzoeken.
Hoewel elk van de drie
onderzoeken dezelfde ziekenhuizen
beoordelen op kwaliteit, ver -
schillen de uitkomsten sterk. In
het ene onderzoek kan een ziekenhuis
als uitstekend uit de bus komen,
terwijl in een ander onderzoek
hetzelfde ziekenhuis het predicaat
slecht krijgt. Dit komt doordat
de gegevens en de methodiek
van deze onderzoeken niet bruikbaar
zijn om ziekenhuizen met elkaar
te vergelijken. Dit wordt overigens
ook duidelijk door het feit
dat er geen één academisch ziekenhuis
in de top tien staat. Je zou
verwachten dat Tonkens als hoogleraar
actief burgerschap aan de
Universiteit van Amsterdam beter
zou moeten weten en zich niet
moet verlaten op ondeugdelijke
meetmethodes. In Medisch Contact
van augustus 2008 zijn twee artikelen
verschenen die de ondeugdelijkheid
van de gebruikte gegevens
nog eens benadrukken. Daarnaast
is een artikel verschenen in
het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde
(2006; 150, p. 2355)
waarin R.W.M. Giard op wetenschappelijke
gronden afrekent
met dergelijke hitparadelijstjes
onder ziekenhuizen. Hij concludeert
dat patiënten uit geen van de
onderzoeken een helder beeld krijgen
van welk ziekenhuis zij het
beste kunnen kiezen.
Mijn optreden bij Knevel en Van
den Brink was vooral bedoeld om
dit duidelijk te maken en om mogelijke
onrust bij patiënten weg te
nemen die in 2007 in ziekenhuizen
zijn opgenomen waarvan het
AD nu beweert dat het slechte ziekenhuizen
zijn. Natuurlijk kent
elk ziekenhuis goede en minder
goede medisch specialisten, maar
dat maakt een ziekenhuis als geheel
nog niet slecht. Tonkens is verbonden
aan de UvA en deze staat
als uitstekend bekend, maar ook
daar zijn hoogleraren die goed en
minder goed zijn en ik gebruik in
dit geval niet het woord slecht...
Aysel Erbudak is voorzitter van de
Raad van Bestuur van het Slotervaartziekenhuis
in Amsterdam.